Monitoring – Lokale Wi-Fi connectie voor Digitale Monitoring Sticks

De verbinding tot stand brengen tussen de monitoring stick en de server van Autarco door gebruikt te maken van het bestaande Wi-Fi netwerk op locatie.

In de volgende stappen zul je;

  1. Maak verbinding met het Wi-Fi netwerk van de Monitoring Stick.
  2. De Monitoring stick is verbonden met de lokale router via de Monitoring Sticks web interface.
  3. De Monitoring Stick kan dan monitoring data verzenden naar de Autarco server via de lokale internet verbinding.

Als je problemen hebt bij het volgende van deze stappen, raadpleeg dan eerst “Andere vragen” voordat je contact opneemt met onze support.

Elke Wi-Fi stick maakt zijn eigen beveiligd draadloos netwerk aan met netwerknaam: “Autarco_< serienummer>​

bijv. “Autarco_5F12092405500310”.

Gebruik een computer, tablet of mobiele telefoon om verbinding te maken met dit draadloze netwerk met het wachtwoord: 123456789

Ga naar Stap 2

Zodra je verbinding hebt met dit wifi-netwerk, open je een internetbrowser zoals Chrome of Internet Explorer op hetzelfde apparaat.

Typ 10.10.100.254 in de adresbalk van de browser.

De configuratie-interface van de Monitoring Stick zal nu geopend worden,

Ga naar Stap 3

Gebruik “beheerder” nl “123456789” wanneer er gevraagd wordt om de gebruikersnaam en het wachtwoord.

Ga naar Stap 4

Klik op Snelle set in het hoodmenu aan de linkerzijde.

Klik vervolgens op Zoeken​ Er is een lijst met wifi-netwerken in de buurt.

Rechtsboven kan je de taal wijzigen.

Ga naar Stap 5

Selecteer het wifi signaal dat door je eigen lokale wifi-router is aangemaakt. Dit is hetzelfde Wi-Fi netwerk waarmee je thuisapparaten met het internet verbind zijn.

Klik OK om door te gaan.

Als je wifi-netwerk niet in de lijst staat, klik dan op VERFRISSEN en zorg voor dat het signaal aanwezig is op de locatie van de omvormer door op je telefoon of ander apparaat te kijken.

Ga naar Stap 6

Voer het wachtwoord van je lokale Wi-Fi netwerk in. Je kan op het oogje klikken om het wachtwoord zichtbaar te maken. Dit is hetzelfde wachtwoord dat je op andere apparaten gebruikt om verbinding met het internet te maken, mogelijk vind je dit wachtwoord op de achterkant van je router.

Opmerking : wachtwoorden zijn hoofdlettergevoelig. Als je een mobiel apparaat gebruikt, zorg er dan voor dat het eerste teken van het wachtwoord niet automatisch in een hoofdletter verandert.

Tenzij je verbinding maakt met een beveiligd bedrijfsnetwerk, laat de optie “Automatisch een IP-adres verkrijgen” ingeschakeld en klik op Opslaan

Ga naar Stap 7

Nadat je op OPSLAAN hebt geklit, zal de stick opnieuw opstarten en proberen verbinding te maken met je Wi-Fi netwerk. Als dit lukt, zullen alle drie de indicatielampjes op de Stick continu branden.

Gefeliciteerd!

Opmerking: om veiligheidsredenen wordt na het succesvol verbinden met de server het Wi-Fi netwerk van de stick uitgeschakeld, zodat niemand er opnieuw op kan inloggen. Indien nodig kan de Stick worden gereset volgens onderstaande instructies.

Indien nog niet gedaan, is de laatste stap het configureren van de monitoring in Helios en de eindgebruiker toegang geven.

Monitoring instellen in Helios


Andere Vragen

Nadat de Monitoring Stick al verbonden is met een lokaal netwerk, zal het draadloze netwerk (Access Point ‘AP’) van de Stick uitgeschakeld worden.

Om het AP van de stick weer in te schakelen, zal de stick gereset moeten worden. Dit betekend dat de stappen om de stick te verbinden met het lokale Wi-Fi netwerk opnieuw moeten worden uitgevoerd.

Om de Monitoring Stick te resetten, hou de reset knop aan de achterkant van de Monitoring stick 15 seconde later de indicatielampjes knipperen en de ‘COM’ en ‘NET’ lampjes uitgaan.

Het bereik is afhankelijk van een aantal factoren, zoals het aantal muren, het type muren maar ook het aantal andere Wi-Fi-netwerken in de omgeving. Als brede richtlijn wordt aanbevolen;

  • 30m open ruimte

Zie je het lokale W-Fi-netwerk op je mobiele telefoon als je in de buurt van de omvormer staat?

Als het lokale Wi-Fi-signaal te zwak is om een stabiele verbinding tot stand te brengen, kan het nodig zijn om een Wi-Fi range extender te installeren.

Een signaalsterkte van 30% van meer is voldoende. Als de signaalsterkte minder dan 30% is, installeer dan een van meerdere wifi-repeaters tussen de lokale router en de omvormer.

Als het groene ‘NET’-lampje, kan de stick geen verbinding maken met de Autarco server. Meestal is dit een probleem waarbij de router iets blokkeert.

  1. Zorg ervoor dat het wifi-kanaal van de router is ingesteld op 1 tot 11 (niet 12 of 13)
  2. Start de router opnieuw op.
  3. Als dit niet werkt, reset dan de Monitoring Stick en voer de setup opnieuw uit.

Mocht dit niet werken, neem dan contact op met uw internet provider voor verder advies.

Ja, er zijn best practices op het gebied van veiligheid geïmplementeerd om het apparaat en het thuisnetwerk te beschermen tegen indringers.

Nadat de Stick is verbonden met het lokale Wi-Fi netwerk, wordt het eigen netwerk van de stick uitgeschakeld. De enige manier waarop een buitenstaander toegang kan krijgen tot het netwerk, is via de lokale Wi-Fi.

Als de stick gereset wordt, zal het netwerk van de stick weer worden ingeschakeld, maar zal deze geen informatie meer behouden van het lokale Wi-Fi-netwerk.

De gegevens worden opgeslagen op de Europese servers van Amazon met alle normale encryptie.

Still need help? Please raise a case in Helios

How to Raise a Case